Het gebruik van een fopspeen heeft veel voordelen voor pasgeboren baby’s.
Het is wetenschappelijk aangetoond dat een fopspeen bij prematuren helpt bij onder andere het stabiliseren van de ademing en hartslag en het op gang brengen van het zuigen.
Bovendien lijkt het erop dat fopspeenzuigen de kans op wiegendood vermindert.
Tenslotte is fopspeenzuigen kalmerend en één van de meest effectieve manieren van pijnstilling bij baby’s.
En zelfs… Voor de mondmotoriek is er een positief effect te noemen. Bij het gebruik van een fopspeen ademt een kind namelijk door de neus, en dat is de meest gezonde manier van ademen.
Let op: zorg dat de borstvoeding goed op gang is en houd je productie in stand door voldoende (frequent) aan te leggen. Houd de groei van je baby in de gaten.
Gebruik de speen voor kalmering, niet om voedingen uit te stellen of je baby langer te laten (door)slapen.
Als je goed op bovenstaande zaken let, kun je een kleine baby heus gerust een fopspeen geven.
Tussen de 3 en 6 maanden is de zuigbehoefte al flink verminderd onder invloed van de ontwikkeling van de willekeurige motoriek. Het fopspeen- (of duim/vinger-)zuigen wordt dan vooral een gewoonte. Dit is een natuurlijk moment om te proberen de speen al te gaan afbouwen. Bij langdurige zuiggewoonten kan er namelijk een negatief effect zijn op de ademing, mondmotoriek en ontwikkeling van het gebit.
Zoek je tips bij het afbouwen? Deze vind je elders op deze pagina.
Ouders die na maanden borstvoeding de overstap willen maken naar af-en-toe een flesje, krijgen ineens te maken met een fles”weigeraar”. Zielig voor je kindje, die heeft honger maar weet zich geen raad met de nieuwe manier van drinken. En vervelend voor jou! Na maandenlange inspanning had je het idee dat je eindelijk weer een stukje vrijheid terug zou krijgen. Je bent niet de enige die dit overkomt en op internet word je overspoeld met tips. Maar, wat werkt, en wat werkt niet?
Allereerst is het van belang dat je weet hoe het drinkgedrag van je kindje wordt bepaald en hoe een flesweigeraar ontstaat.
Direct vanaf de geboorte is er bij baby’s sprake van reflexmatig drinken. Een aantal voedingsreflexen speelt hierbij een rol. Deze reflexen helpen het kindje bij het leren drinken. Dit is een motorische vaardigheid. In de eerste maanden gaan baby’s van meer reflexmatig en onwillekeurige bewegingen, naar meer bewuste, willekeurige motoriek. Je herkent dat vast wel bij de andere bewegingen die je kindje maakt: van onwillekeurig bewegen met armen en benen, probeert kindje na een paar maanden waarschijnlijk al gericht om een speeltje te pakken! Tijdens de eerste maanden verdwijnen de voedingsreflexen dus langzaam. Er komt aangeleerd drinken voor terug.
En dit is waar het mis kan gaan. Door een kindje maandenlang de borst aan te bieden, leert hij/zij ook willekeurig uit te drinken. Maar sommige baby’s krijgen onvoldoende oefening om ook willekeurig te drinken uit de fles. Je kindje heeft eigenlijk geen idee wat hij ermee aan moet, omdat er simpelweg onvoldoende ervaring is en hij geen gebruik meer kan maken van de voedingsreflexen.
Wat kan ik doen om te voorkomen dat mijn baby de fles niet meer begrijpt?
Om te voorkomen dat je een flesweigeraar krijgt, is het advies om ongeveer een maand na de geboorte te beginnen met het af en toe oefenen met een flesje. Vervang om de dag een borstvoeding door een flesvoeding zodat je kindje leert om de melk via een flesje binnen te krijgen. Wees niet bang voor tepel-speenverwarring, je kindje zal in eerste instantie gebruik maken van de aangeboren zuigreflexen (zoals hierboven beschreven). Door af en toe een flesje aan te bieden leert je baby – naast drinken uit de borst – ook goed drinken uit de fles.
Het internet staat vol met tips en adviezen hoe je als ouder om kan gaan met een flesweigeraar. Echter houden veel van deze tips geen rekening met de leeftijd van je kindje, terwijl dit wel belangrijk is. Voor een flesweigeraar van 3 maanden is een andere aanpak vereist dan voor een kindje van 6 maanden die de fles weigert. Omdat de aanwezigheid van de voedingsreflexen enorm verschilt.
Hoewel de willekeurige motoriek geleidelijk aan toeneemt, is er nog wel reflexactiviteit aanwezig waar je gebruik van kan maken.
Na 5-6 maanden zal je kindje vooral de willekeurige motoriek gebruiken om te drinken. Bied je na 5 maanden pas voor het eerst een flesje aan, dan vergt dit daarom een andere aanpak.
Een preverbaal logopedist kan je begeleiden bij de borst- en flesvoeding, het combineren ervan en ook bij het leren drinken uit andere bekers en het eten van hapjes en stukjes. Met een verwijsbrief van een arts valt deze zorg onder de basisverzekering.
Volmondig Logopedie is gespecialiseerd in preverbale logopedie en heeft veel ervaring met borstgevoede baby’s die niet meer uit de fles drinken.
Welke “speenhygiëne” helpt wel voor de mondmotoriek? En wanneer kun je de speen afbouwen?
Hieronder een paar tips:
Vanaf 1 jaar is het zuigen aan een fopspeen vooral een gewoonte geworden. Vanaf ongeveer 1,5 jaar (maar wisselend per kind!) kun je kinderen wat beter uitleggen waarom het belangrijk is dat ze gaan stoppen met de fopspeen. En dat helpt om succes te behalen!
Hoe kun je stoppen met de fopspeen? (Let op, dit zijn enkel tips en ideeën om je te helpen, kies vooral wat bij jou en je kind past, en pas dingen zo nodig aan!)
Ben je al gestopt met de fopspeen, maar zie je nog een “gat” tussen de tanden van je kind? Of zit hij veel met de mond open? Ademt hij door de mond of snurkt hij? Dan is de online cursus over mondmotoriek voor je peuter, misschien iets voor jullie! Klik hier voor meer informatie.
Een fopspeen heeft veel voordelen: het kan een prematuur helpen om te leren zuigen aan borst of fles. Het werkt pijnstillend, kalmerend, zelfregulerend en het helpt bij het inslapen en doorslapen.
Echter, de grootste zuigbehoefte bij een baby is al na 2-3 maanden weg en neemt gedurende het eerste levensjaar verder af. Daarna kan het zuigen een gewoonte worden. Het is dan moeilijker om de fopspeen af te bouwen. En als een kind op oudere leeftijd nog op een fopspeen zuigt, kán dat op lange termijn gevolgen hebben voor de mondmotoriek, het gebit en de spraak. Óf dit gebeurt, is van veel factoren afhankelijk. Het is dus niet te voorspellen.
In dit artikel leg ik uit hoe je vanaf het begin een fopspeen zó kunt gebruiken, dat de schadelijke gevolgen beperkt blijven.
Verantwoord speengebruik bij een baby
Verantwoord speengebruik bij kinderen vanaf één jaar
Heeft jouw dreumes/peuter nog een fopspeen, of doet hij aan duimzuigen, vingerzuigen of fanatiek zuigen op bijvoorbeeld een knuffel?
In Vakblad Vroeg, editie zomer 2022, verscheen dit artikel door Maaske Treurniet.
Klik hieronder op de cover van het tijdschrift, om het artikel (.pdf) te lezen.
Lange tijd was mijn standpunt: flesweigeren komt NIET door de soort fles of speen die je gebruikt. Het heeft dus ook geen zin om veel verschillende flessen/spenen te proberen.
Echter, de laatste tijd hebben we in onze praktijk écht bovengemiddeld veel succes met één fles, namelijk situs toto
Wat is de beste beker om je baby of dreumes te leren drinken uit een gewone beker?
De beste beker is… gewoon een beker! Een plastic beker, een glas, een kopje… Iets wat al in huis is. Een goede budget-optie en ook vriendelijk voor het milieu, er is tenslotte al genoeg plastic in de wereld.
Waar kun je op letten bij het kiezen van een beker uit je keukenkast voor je baby?
– De beker is het liefst niet te wijd. Kies een wat kleinere, smallere beker. (Het is voor ons ook niet handig om uit een emmer te drinken).
– Kies een doorzichtige beker of glas. Je kunt dan beter zien waar het water in de beker zit, zodat je niet te grote slokjes aan je kind geeft.
– Een omgekrulde rand helpt om de lippen en tong juist te positioneren
– Zorg dat de beker stevig genoeg is. Uit heel dun glas, zou je baby per ongeluk een stuk kunnen bijten. Dat is niet veilig.
Waarom zou je dan toch een speciale babybeker gebruiken?
Zitten er ook nadelen aan speciale babybekers?
Ja! Veel babybekers vragen een andere motoriek dan het drinken uit een gewone beker. Je kindje leert daardoor dus minder snel om uit een gewone beker te drinken.
Een voorbeeld hiervan zijn de meeste 360 graden bekers, waarop een kindje moet bijten/zuigen op de rand.
Welke babybeker gebruikt wél de juiste techniek voor het leren drinken uit een beker?
De beste optie in mijn zoektocht is de Mepal Mio beker. Deze beker kun je dicht draaien en lekvrij meenemen. Wanneer je ‘m open draait, kun je hem langzamer of sneller laten lopen. De techniek die de baby gebruikt, is dezelfde als bij een echte beker. Maar door het deksel, kan een baby wel makkelijker doseren zonder dat de hele beker meteen op z’n kop gehouden kan worden.
Het enige nadeel is dat de neus soms tegen het deksel aan komt. En daarnaast heb ik begrepen dat de beker kapot kan vallen als je kind hem op de grond gooit. Bij ons is dat echter nog niet gebeurd.
Is je kindje al wat ouder, en mag de beker wat wijder zijn? Dan is de CanDo cup handig. Hij ziet er wel heel bijzonder uit… maar door zijn drie poten valt hij niet snel om. Je kindje kan ‘m goed vasthouden aan twee poten, en met de derde poot kun je helpen sturen. Verder giet je kind niet te snel teveel melk naar binnen doordat de rand wat naar binnen gekruld is. Ik heb deze beker uitgebreid getest bij mijn eigen kinderen, en wij vonden ‘m handig. Behalve in de vaatwasser en in de kast dan ;-). Het is namelijk nogal een groot en onhandig ding.